Oorcorrectie - OP-verloop

In tegenstelling tot de meeste andere ingrepen in de esthetische chirurgie worden naar buiten staande oren vaak al in de schoolleeftijd gecorrigeerd, om jongeren de onnodige geestelijke belasting met psychische consequenties te besparen. Doel van de operatieve ingreep is het teniet doen van de spanningen in het kraakbeen, veroorzaakt door het naar buiten staan van de oren.

Net zoals oorcorrectie vandaag de dag een routinematige ingreep is, zijn ervaringen en handigheid een voorwaarde voor succes. Ter correctie van de meest frequente afwijking -naar buiten staande oren - zijn er twee behandelmethoden: In het geval dat het binnenste oorschelpdeel te groot is, wordt er door een later niet meer zichtbare inscisie met een scalpel achter de oren een kraakbeengedeelte verwijderd. Op deze manier is het mogelijk spanningen van het kraakbeen te verwijderen en het kraakbeen aan de gewenste vorm aan te passen. In het geval dat de plooien van de oorschelp niet genoeg gevormd zijn, wordt het ter beschikking staande kraakbeen in het voorste oorreliëf voorzichtig verwijderd. Hierdoor wijzigt de stand van het oor in de zich gewenste positie.

plaatselijke verdoving

Na de operatie dient een week lang overdag een verband te worden gedragen. De volgende 5 weken dient 's nacht en gedurende 3 weken overdag een zwachtel te worden gedragen, om de oren tijdens de slaap tegen omvallen te beschermen. Na de correctie kunnen kleine bloeduitstortingen optreden in het gebied van de incisies, ontstekingen van de huid of kraakbeen. Dit wordt met antibiotica behandeld. Draadjes hoeven niet te worden verwijderd, omdat over het algemeen draadjes worden gebruikt die vanzelf oplossen. De wondgenezing zou ongeveer 10 dagen na de behandeling door uw huisarts moeten worden gecontroleerd.

ambulant